Contactopvolging in kinderopvang en onderwijs
- Voor elk schoolniveau worden hoog- en laag-risicocontacten geïdentificeerd.
- De risicobeoordelingen zijn verschillend volgens de leeftijd van de betrokken kinderen. Dezelfde regels gelden voor contacten binnen de school-context als voor contacten bij buitenschoolse activiteiten.
- Er wordt géén onderscheid qua aanpak gemaakt op basis van de (vermoedelijke) variant van het virus. Hoog-risico contacten worden in quarantaine geplaatst en getest.
- Enkel indien het onmogelijk is om hoog-risicocontacten te identificeren, of wanneer er bredere circulatie van het virus wordt vermoed, kan beslist worden om een hele klas in quarantaine te plaatsen of om (na overleg met de regionale diensten voor preventie en infectiebestrijding) grotere groepen te testen.
Via het menu links vindt u beslisbomen die het proces helpen verduidelijken. Indien het afhankelijk van de lokale situatie noodzakelijk geacht wordt om af te wijken van de procedures, gebeurt dit steeds in overleg met de diensten voor preventie en infectieziektebestrijding van de deelstaten.
Het contactonderzoek in de kinderopvang wordt uitgevoerd door Kind en Gezin of l’Office de la Naissance et de l’Enfance. Het contactonderzoek in het onderwijs wordt uitgevoerd door de diensten voor preventieve gezondheidszorg op school (Centra voor Leerlingenbegeleiding voor het Nederlandstalig onderwijs, services de Promotion de la Santé à l’École voor het Franstalig onderwijs en Kaleido voor de Duitstalige gemeenschap), steeds in samenwerking met arbeidsgeneeskunde voor het personeel.